Welke geheimen geeft de waterput nog prijs?

Drie mensen van Heemkring Molenheide hebben het voorbereidend werk gedaan. Jos Kokx en Jan Bruikman, respectievelijk oud-hoofdopzichter van de gemeente en oud-brandweercommandant, kaartten het bij Huub Quirijnen aan: “Er zit daar een oude waterput. Kunnen we daar niet iets mee?”
Jos Kokx: “In de jaren zestig deden we bij de gemeente in de overgebleven uren nog sloopwerkzaamheden. Toen we op die manier de oude jongenschool sloopten en de grond klaarmaakten voor het parkeerterrein, kwam er een keienpaadje, de oude schoolstraat, vrij. Daarbij kwamen we ook de oude waterput tegen.
25 meter daarvandaan, nu eigenlijk middenin de winkel van slager De Jong, had vroeger de pomp gestaan. Hij stond vlakbij het EK-huis (voormalige raadhuis), dat bij het bombardement van 5 juli 1944 werd vernield. Toen wij hem tegenkwamen, hebben we een riooldeksel op de put gedaan en dat was dat. De brandweer was er goed mee, want die gebruikte de put nogal eens bij oefeningen.”

                                       Foto: Jan Bruikman, Huub Quirijnen en Jos Kokx onthulden de aangelichte put.

BALDADIGHEID
De waterput heeft een lange historie. Het was een dorpsput voor algemeen gebruik, waarschijnlijk daterend uit ongeveer 1600. In het gemeentearchief is er meermalen sprake van. In 1754 bijvoorbeeld werd er ‘een nieuwe putmick en belans aen de dorpsput’ gemaakt. En in de jaren 1791-1793 werd bij inspectiereizen van de Domeinraad genoteerd dat de gemeenteput vaak verontreinigd werd ‘uit losse en onbezonne dan weder opzettelijke en kwaadwillige baldadigheid’. Om die reden wilde het dorpsbestuur in januari 1793 een stenen pomp plaatsen, maar die bleek met 400 gulden veel te duur. Daarom kwam er eind 1793 een houten pomp die maar 100 gulden kostte.

Schout van Steensel meldde in 1822 aan het gemeentebestuur dat ‘de putmick en zwik bij de put aan het dorpshuis’ versleten waren en dat er ongelukken zouden gebeuren, als er niets aan werd gedaan. Rond 1922 werd de pomp nog een stukje verplaatst. Het was toen een eenvoudige vierkante stenen pomp met de kraan aan de straatzijde en de zwengel aan de westzijde. Tussen 1932 en 1935 raakte hij met de aanleg van een drinkwaterleiding buiten gebruik en werd de zwengel vastgezet om ongelukken met spelende kinderen te voorkomen.

Foto:Na het afbreken van de oude jongens-school bij de kerk, kwam bij het klaarmaken van de grond voor het parkeerterrein, de oude schoolstraat tevoorschijn: een hei-keienpad.

UITVOERING IN GANG GEZET
Gezien deze historie had Huub Quirijnen er wel oren naar, toen de beide mannen hem voorstelden de waterput in het zicht te brengen. Er was geld over van het Kruisbeeld op Nerhoven dat hij vrijwillig had gerestaureerd en van de gemeente mocht hij dat nu aan de put besteden. Dus zette hij de uitvoering in werking. Huub Quirijnen: “De put is 7.40 meter diep en heeft onderaan een omvang van drie meter. Hij heeft de vorm van een flessenhals en is gebouwd van gestapelde stenen.” Hoe hij er nu in het straatoppervlak uitziet?  “We hebben we er een roestvrijstalen rooster opgelegd, waar je doorheen kunt kijken. Als een druppel die op het water valt en kringen maakt. Daaromheen hebben we blauwachtige stenen aangebracht en daaromheen weer oude putstenen van de Gilzer steenfabriek, die over zijn van oude woningen in de Nieuwstraat en op de Vossenberg. De gemeente heeft de groenstrook opgepoetst, Verzorgingshuis St. Franciscus heeft een bankje geschonken en we hopen dat er een bordje met een tekst over de historie bij komt te staan. De put wordt aangelicht met een LED-lamp, die overdag brandt. Slager De Jong werkt eraan mee; van daaruit hebben we de verlichting mogen aansluiten.”

MEEST SPANNENDE
Maar het meest spannende moet eigenlijk nog komen. Huub Quirijnen: “Die put is in het verre verleden tweehonderd jaar open geweest. Wat is er allemaal in gegooid en gevallen? In het voorjaar pompen we hem leeg en gaan we hem uitdiepen. Er staat nu zo’n vier meter water in. God weet welke geheimen hij nog heeft. We weten van de brandweer dat er onderin een gang richting Heuvel zit. Dat kan kloppen, want waar nu de Van Mierlostraat is, stond vroeger ook een dorpspomp en daar zal een verbinding mee geweest zijn. Ik vermoed dat het nog een heel werk wordt om de put droog te krijgen. De brandweer is het nooit gelukt. Maar Ad Klaassen heeft beloofd ‘ik krijg hem droog’. En ik ben heel benieuwd wat dat gaat opleveren. Misschien dat we in ieder geval met wat eruit komt de echte leeftijd van de put kunnen bepalen.”

Het EK-huis in de Raadhuisstraat na het bombardement van 5 juli 1944. Achter de fietser ligt de plek waar nu de aangelichte waterput te vinden is. Zo’n 25 meter verderop, bij het EK-huis (achter de voetganger) staat nog een deel van de waterpomp.

 

Voor foto’s van deze bijeenkomst klik: {cms_selflink page=’foto-s’ text=’Foto’s’}