Straffen voor een moord, ambachtslieden en de jeugddrumband

De Mulder 166 is uit
In 1594 werd in Molenschot Claes Cornelissen doodgeslagen door Roelof Rubbens. Wat dat voor gevolgen had voor dader en familie zocht Connie Hoevenaars uit. Verder lezen we in deze uitgave over de ambachtslieden in de gemeente in de 17e en 18e eeuw, jeugddrumband Juliana uit Rijen, de banner van Estrellita en hoe en waar er na 1811 aangifte kon worden gedaan van geboorte en overlijden. Natuurlijk ontbreekt ook de bijdrage van Ut Taolgenootschap niet.
Straffen ging er in de tijd van de moord op Claes Cornelissen anders aan toe dan tegenwoordig. Gevangenisstraf werd er niet altijd gegeven. Het ging meer om genoegdoening en verlies van eer. Maar dat het voor dader en familie grote gevolgen had wordt wel duidelijk uit het verslag van de rechtszaak en de opgelegde straf.

In De Mulder 166 twee artikelen van Jan de Vet †. In het eerste een uitgebreid overzicht van ambachtslieden in de 17e en 18e eeuw. De namen zijn vanaf 1799 opgenomen in het gemeentearchief, voor die tijd bleef het bij toevallige vermeldingen vaak op rekeningen voor de verrichte werkzaamheden. Hoe het vroeger ging bij het aangeven van een geboorte of overlijden en het trouwen lezen we in het tweede artikel. Met ingang van 1 januari 1811 werd de Burgerlijke Stand ingevoerd en vanaf dat moment was het een taak van de overheid om de belangrijke feiten in een mensenleven vast te leggen. Men moest daarvoor naar het gemeentehuis en op welke plaatsen de inwoners van de gemeente Gilze en Rijen in de loop der jaren hun aangiften hebben kunnen doen is in het artikel opgenomen.
Bert Willemen heeft de banner van Mandoline Orkest Estrellita bekeken en daar doet hij verslag van. Ook sprak hij met Piet Broers uit Rijen over de oprichting van jeugddrumband Juliana in 1953.