Losse suiker uitwegen in de laatste buurtwinkeltjes

Het laatste kruidenierswinkeltje van Rijen was te vinden aan de Dongenseweg. En het laatste buurtwinkeltje in Gilze stond in de Abdis van Thornstraat.

Anneke van Boesschoten-Buys kan alles vertellen over het laatste kruidenierswinkeltje aan de Dongenseweg 2. Op zestienjarige leeftijd verhuisde ze met haar ouders naar dat adres, naar het winkeltje van de buren. Als twaalfjarige hielp ze daar Sien Gijsbrechts al door losse suiker uit te wegen, stroop in een strooppot over te gieten en een kwak zachte zeep in een vuile handdoek uit te smeren. Het was daarom bijna vanzelfsprekend dat Anneke Buys de winkel (die uit 1923 dateerde) van haar overnam.

Biechtmoeder
Tot eind 1997, 53 jaar lang, heeft Anneke deze winkel gerund. Bij haar vijftigjarig jubileum, ze vierde toen ook haar gouden huwelijksfeest, kreeg ze een koninklijke onderscheiding. Burgemeester Aarts noemde haar bij die gelegenheid een soort maatschappelijk werkster, een biechtmoeder, nog steeds met liefde en plezier voor de hele buurt in touw, met het luisterend oor en de gereedstaande koffie als belangrijke ingrediënten. De laatste jaren was de omzet en het behalen van winst geen doel meer, maar was het vooral een soort hobby, een manier van leven, waarvan het  moeilijk afscheid nemen was.

In de begintijd was dat wel anders. In de eerste jaren van hun huwelijk – net na de oorlog – had echtgenoot Jan geen werk en waren de inkomsten van de winkel hard nodig om van te kunnen leven.

Toen Jan als broodverkoper de baan op ging, was de opbrengst van de winkel een welkome aanvulling. Zo konden ze de zes kinderen wat extra dingen en een goede opleiding geven.

Grijpstuiver
Anneke heeft in de ruim vijftig jaar heel wat meegemaakt. Zo kwamen op zondagmorgen vóór het naar de kerk gaan de boerinnen eieren brengen, die Anneke in de winkel weer verkocht. Na de mis kwamen ze afrekenen, wat meestal inhield dat ze voor ongeveer hetzelfde geld boodschappen meenamen en vanzelfsprekend een bakske meedronken.

An en Jan van Boesschoten Buys in 1995 achter de toonbank

Een ander fenomeen, wat de supermarkten niet meer kennen, was het ‘op de lat ‘kopen. Iedere klant had een blad in het winkelboek. De hele week haalden ze boodschappen. Op vrijdagavond zat Anneke te tellen en op zaterdag kwamen de klanten afrekenen. Overigens kwam het nogal eens voor dat klanten slecht bij kas zaten en maar een deel van de rekening konden betalen. Ze mochten dan in termijnen afbetalen. Sommige attente klanten gaven dan na afloop een ‘grijpstuiver’ extra als rente.

Wat nu ook niet meer voorkomt was het ‘even achterom’ komen. Dat was vooral op zondag het geval.

Plotseling ontdekten mensen dat de vermicelli of de maggiblokjes op waren en dat kon toch niet bij de zondagse soep! Of er kwam onverwachts visite en er was niet genoeg koffie of suiker. Ook dan gingen ze gauw ‘achterom’ naar Anneke. Na de laatste mis waren kleine boodschappen schering en inslag. Eigenlijk zaten Jan en Anneke er al klaar voor. Eén keer werd het Jan te gortig, toen een klant op zondagmorgen voor een doos schoensmeer kwam.

Na de sluiting miste Anneke de contacten met de klanten. Ze heeft nog vaak aan die vervlogen dagen teruggedacht.

Laatste buurtwinkel Gilze
Op 1 september 1992 sloten Wout en Will Kock-Botermans  als laatste in Gilze hun buurtwinkel in de Abdis van Thornstraat (nummer 20). Vóór 1952 heette deze straat nog Ridderstraat. Daar begon in 1861 de geschiedenis van deze familiezaak. Christiaan Tielemans-Aarts begon er een kruidenierswinkeltje op huisnummer C96. Dat winkeltje werd in 1894 overgenomen door zijn zoon Hendrikus, geboren in 1864 in Gilze en gehuwd met Johanna C. Ariëns. Hij ging er looien en handelde ook in steenkolen.
In oktober 1897 kreeg hij toestemming tot oprichting van een leerlooierij op het perceel naast zijn huis. Zijn zonen volgden hem later op in de looierij en de steenkoolhandel.

Zijn zuster Anna Tielemans, geboren in 1869 in Gilze, weduwe van Hendricus van Rosmalen( †1908) nam in 1910 het kruidenierswinkeltje over. Als weduwe was het voor haar de enige bron van inkomsten. Haar twee dochters Pieta en Dina, die ondertussen getrouwd waren, bouwden in 1929 op diezelfde plek een dubbele woning. Tijdens de bouw moest pijltje getrokken worden wie waar ging wonen. Dina, gehuwd met Jos ( Sjef) Kock, zou het winkeltje overnemen en van die woning moest de voorkamer worden aangepast.

Den boer op
Naast kruidenierswaren en rookartikelen ging Sjef Kock ook fournituren verkopen voor het maken en repareren van schoenen. Dat werd veel gedaan door arbeiders die op een schoenfabriek werkten. Ook lederwaren kwamen in het assortiment. Al vanaf 1910 konden mensen er ook een kannetje petroleum laten vullen.

Wout en Will Kock-Botermans sloten in 1992 hun deuren

Zijn zoon Wout Kock kwam al op zestienjarige leeftijd in de zaak werken. Hij ging ‘den boer op’ om boodschappen te vragen en daarna te bezorgen. Hiervoor werd een bakfiets aangeschaft waarmee hij in de buitenwijken ook op onverharde wegen kwam. In een karspoor op het Bessemeind was het hard trappen. Om te weten hoeveel hij in een volle bakfiets vervoerde, zette hij de fiets ooit op de weegbrug bij de Boerenbond. Toen bleek dat die zonder berijder 475 kilo woog, maakte hij meteen een afspraak voor een eerste rijles. Na korte tijd bezorgde hij de boodschappen voortaan per auto.

In 1959 namen Wout en zijn vrouw Will Botermans de zaak over. In het begin werd nog verkocht van achter de toonbank. Vaste klanten hadden een boekje waarin Wout en Will alles opschreven wat ze haalden. Eén keer per week rekenden ze dat af. Omdat de winkel klein was, lag de voorraad boven op zolder opgeslagen. Dat was dus meerdere keren per dag de trap op en af.

Te goeder trouw
Alles ging heel te goeder trouw. Als Wout ging kaarten bleef de deur gewoon open. Op een avond lag Will al in bed, toen ze in de winkel iemand hoorde. Maar ze durfde niet te gaan kijken. Toen Wout thuis kwam vertelde ze het voorval, maar na een inspectie bleek alles in orde. De andere dag kwam een vaste klant van rookartikelen binnen en zei:’Ik zal eens af  komen rekenen, want gisteren heb ik een slof sigaretten meegenomen, de deur was open, maar ik zag niemand’.

De winkel draaide onder verschillende formules zoals Sperwer, Kroon en als laatste Thuismarkt. Wout en Will gingen met de tijd mee. Toen de zelfbediening kwam, trokken ze de huiskamer erbij om meer ruimte te krijgen. Ondanks de uitbreiding bleef het de kleinste levensmiddelenzaak in Gilze. Vandaar ook de naam :’Mini Super’.

Wout en Will hebben met de winkel en de tour altijd een goede boterham kunnen verdienen. Maar met de komst van een grote supermarkt op korte afstand, ging het klantenbestand er niet op vooruit. Hoewel het een moeilijke beslissing was, werd ten slotte besloten de zaak te sluiten. Op 1 september 1992 ging de deur op slot

‘Piet Gerrits ging met suikergoed langs de deur’ of terug naar: Winkeltjes, wie kent ze niet?