RAC – Jubileum, afscheid en geboortefeest in één keer

Jubileum, afscheid én geboortefeest in één keer

Vaarwel RAC, Leve VV Rijen!
Bij het 75-jarig bestaan gaf RAC een jubileumboek uit. Hans Avontuur beschrijft hierin de geschiedenis van de club.  Onderstaand vindt u die historie, maar dan in een beknopte versie. Het voorstukje uit het boek beschrijft heel treffend wat er in 2003 gebeurde:

‘RAC bestaat 75 jaar (1928 -2003) en zal niet ouder worden. Vanaf volgend seizoen (2003 – 2004) staat niet RAC in de standenlijsten maar de nieuwe fusieclub: v.v. Rijen. Een frisse start, een club met toekomst. Het is allemaal waar. Maar wie een RAC-hart heeft en de historie kent, kan een gevoel van weemoed maar moeilijk onderdrukken. 2003 is het laatste en meteen wonderlijkste jaar uit de historie van de dorpsclub: jubileum, afscheid én geboortefeest in één keer!

Jaren twintig: Het begin
Begin jaren twintig telde Rijen verenigingen als Wilhelmina en de fabriekselftallen van de looierijen De Nederlander en De Brabander. Maar toen de spelers van deze teams hun geluk gingen beproeven bij Bredase clubs in de neutrale bond zat Rijen zonder officiële voetbalvereniging. Kapelaan Van Mierlo gooide een balletje op en in augustus 1928 werd de Rijensche Amateurs Club opgericht. Naar verluidt op de rand van de waterput van weduwe Dientje Geerts. De oprichters: Frans Toonders, Jan van Gestel, Gerrit Martens en ‘de witte’ Geerts. Roemruchte buurtelftallen als ’t Haai-endje en SDO sloten zich al snel bij de club aan. Bij gebrek aan een eigen terrein werd er gespeeld op het veld van Ericsson Telefoonmaatschappij en op ’t Pils-terrein, een opmerkelijke naam waarvan de oorsprong niet duidelijk is.

Jaren dertig: Kampioen en omkleden in het café
In 1932 noteerde RAC de eerste grote triomf, de club werd kampioen in de tweede klasse van de IVCB, de Rooms-katholieke voetbalbond die bestond naast de neutrale Brabantse voetbalbond en de NVB. De eerste klasse was echter te hoog gegrepen, zodat RAC een jaar later weer degradeerde. Er werd inmiddels gespeeld op een eigen veld aan de Laagstraat. Mét de inzegening van pastoor Oomen, zónder kleedaccommodatie. Hotel Nooten in de Stationsstraat werd clubhuis. Voor en vooral ook na de wedstrijd. Soms waren spelers er uren na het laatste fluitsignaal nog in wedstrijdtenue te vinden.

Jaren veertig: Drie x kampioen en rennen voor de Duitsers
De IVCB werd door de Duitsers opgeheven zodat RAC verhuisde naar de derde klasse van de NVB, de huidige KNVB. De club overleefde de oorlog zonder één lid te verliezen. En ondanks moeilijke tijden werd RAC drie keer kampioen. Omdat de promotiewedstrijden regelmatig werden verstoord door de Landwacht die op zoek was naar onderduikers, ging RAC pas in 1946 naar de tweede klasse. Tijdens de oorlog moesten de RAC-kers nog eens via de achterdeur het Stationskoffiehuis ontvluchten omdat de Duitse gasten woedend werden toen het clublied te hard en te vaak werd gezongen: “RAC zal wezen, RAC zal zijn, wij worden kampioen op het voetbalterrein.”

 

‘RAC – Jubileum, afscheid en geboortefeest in één keer (vervolg)’